Origineel gepubliceerd op de website van Universiteit Leiden.
Of je nu een auto wilt repareren, of simpelweg je sleutels kwijt bent: grote kans dat er in de toekomst een toepassing van augmented reality (AR) bestaat die je hiermee kan helpen. Bij het evenement ‘AR op de werkvloer’ verkenden professionals samen met studenten de mogelijkheden en de gevolgen van deze futuristische technologie: ‘In de toekomst word je gewoon keihard door robots aan het werk gezet.’
Het event vond 29 november plaats in innovatiecentrum PLNT en werd georganiseerd door het Virtual Reality Learning Lab, Smart071 en de Leidse Honours Academy. Na plenaire presentaties over de stand van zaken in AR-land volgden er brainstormsessies. Daarin hielpen honoursstudenten professionals uit het bedrijfsleven met het vinden van toepassingen binnen hun organisatie.
Extensie van het lichaam
Gastheer van het event, Robin de Lange, bij het spits af: ‘Kan augmented reality mensen productiever maken?’, vraagt hij zich hardop af. De Lange is oprichter van het Virtual Reality Learning Lab en verbonden aan de Universiteit Leiden als onderzoeker en docent. Hij vertelt hoe men al lang voor het bestaan van computers verwachtte dat technologie mensen slimmer kon maken: ‘Die visie is geleidelijk aan realiteit geworden.’ En daar zijn we zo aan gewend, dat we het niet eens meer merken, aldus De Lange: ‘Technologische gereedschappen worden onzichtbaar voor ons, als een soort extensie van ons lichaam.’
Interacteren met de werkelijkheid
In dat proces zou augmented reality – waarbij virtuele beelden in de fysieke werkelijkheid worden geplakt – een logische vervolgstap zijn. Maar zo ver is het nog niet, stelt Sander Veenhof, die als AR-expert heeft gewerkt voor onder meer Rijkswaterstaat: ‘Mensen verwachten heel veel van de praktijk, maar vaak heb ik mijn bedenkingen.’ Dit komt mede door de complexiteit van de technologie. Anders dan bij virtual reality, waarbij je in een volledig virtuele wereld verzeild raakt, interacteert augmented reality namelijk met de échte wereld. Een AR-bril moet objecten kunnen herkennen en computerbeelden er op zo’n manier overheen projecteren, dat die voor alle gebruikers op dezelfde plek staan.
Van woordenboek tot doolhof
Daarnaast is een zinvolle toepassing van de technologie niet zomaar gevonden, zoals de aanwezigen zelf ondervinden tijdens de brainstormsessies. Een van de valkuilen: blijven denken in technologieën die we nu ook al veel gebruiken. Zo is een functie als filmen – waardoor bij een praktijkexamen bijvoorbeeld een tweede examinator mee kan kijken met zijn collega ter plaatse – ook prima met andere technieken uit te voeren. Toch toveren alle groepjes in minder dan een uur een idee uit de hoge hoed, zoals een virtueel woordenboek, een applicatie om motoren te vergelijken en een gegamificeerd doolhof, dat beweging onder jongeren zou moeten stimuleren.
De komende weken werken de studenten – deelnemers van de Bachelor Honours Class AR & Human-Computer Collaboration – de ideeën verder uit tot een werkend prototype. Onder hen is biologiestudent Anne: ‘Ik vind het leuk dat we augmented reality mogen toepassen bij een echt bedrijf. Dat trok me het meest aan van dit vak.’ Medestudent Vera (Psychologie) vindt vooral de filosofische kant interessant: ‘Moet je wel de hele tijd input willen hebben van zo’n bril? We zijn al continu bereikbaar via onze mobiel, maar die kun je toch een stuk makkelijker wegstoppen.’
Ingrijpende veranderingen
Ook vreest ze dat augmented reality de economie ingrijpend zal veranderen: ‘Misschien domineren robots straks alles en zijn er minder banen.’ Ondanks de problemen waar de technologie nu nog mee kampt, zal deze uiteindelijk namelijk wel doorbreken, denkt ook Sander Veenhof: ‘Mensen zeggen weleens: de robots gaan het van ons overnemen.’ Maar juist het tegenovergestelde ligt op de loer, waarschuwt de deskundige: ‘Wij worden de nieuwe robots. Je wordt gewoon keihard aan het werk gezet en doet wat een systeem je opdraagt.’
Op basis van de input tijdens het evenement op 29 november werken studenten van de Honours Class de komende weken aan het ontwikkelen van een werkend prototype voor een van de bedrijven. Dat prototype is het eindproject van de Honours Class en maakt onderdeel uit van de toetsing.
Tekst: Michiel Knoester
Fotografie: Virtual Reality Learing Lab