Een nieuw platform in de Leidse regio wil werknemers koppelen aan (deeltijd) banen in het onderwijs. Hoe kijkt het bedrijfsleven hier tegenaan en willen zij ook actief aanhaken?

Moet het hybride onderwijs (waarbij leerlingen deels in de schoolbanken zitten en deels werkervaring opdoen in de werkomgeving) uiteindelijk niet voor meer dan 50% op de werkvloer plaatsvinden om de goede aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt te optimaliseren?

Arbeidsgehandicapten zagen na 2014 hun kansen op de arbeidsmarkt kelderen. Wat zijn de cijfers in de Leidse regio?

Studentenverenigingen zijn vaak ook een proeftuin voor de arbeidsmarkt. Leden leren er nuttige vaardigheden en ontwikkelen een goed netwerk. Kunnen alumni een rol spelen in een nog betere aansluiting en een sterkere verbinding met de arbeidsmarkt?

‘In een periode van krapte op de arbeidsmarkt zijn praktijkverklaringen een goede oplossing om mensen zonder diploma’s snel aan het werk te krijgen bij reguliere bedrijven in de regio.’

Er staan grote tekorten aan te komen op de arbeidsmarkt en bedrijfsleven en onderwijs hebben elkaar hard nodig om dit probleem aan te pakken, maar op dit moment wijzen ze vooral naar elkaar. Volgens Doekle Terpstra in een artikel in FD houden onderwijsbestuurders en ondernemers elkaar zelfs 'gegijzeld'.

Wat is een goed werkende aanpak als het gaat om het stimuleren van ondernemerschap in een vergrijzende samenleving?

Hogeschool Leiden doet mee aan een experiment waarbij je ook op een andere manier je diploma kunt halen. Bijvoorbeeld door online leren. Voor een conferentie in april 2019 wordt input gevraagd van werkgevers.

De Leidse aanpak voor Talentontwikkeling zoekt bedrijven die voor HAVO leerlingen een opdracht hebben voor hun profielwerkstuk. Het gaat om de vakken geschiedenis, aardrijkskunde en economie. Voor een goede koppeling wordt er 6 september een markt gehouden.

In de Leidse agglomeratie beschikt ruim 40% van de beroepsbevolking over een diploma van hbo, wo of hoger, en geldt daarmee als hoogopgeleid. Het nationale streven is dat op termijn 50% hoogopgeleid is. Die doelstelling roept vaak vragen op. Is het niet te veel? Er zijn toch ook ‘handjes’ nodig? En niet iedereen kan dat scholingsniveau toch bereiken?